De Philips RR200 Special Radio Recorder.

Mijn eerste radio met opnamefunctie. Gekregen van mijn oma. In mijn jeugd was dit het begin van het verzamelen van muziek op cassettebandjes.

Al vroeg hing ik aan de radio en al vroeg zocht ik allerlei zenders op om te horen wat er over de ether werd geslingerd. Bij oma thuis stond er zo’n grote radio, cassette, platenspeler combinatie. Met een heel groot display waar de zenders opstonden en waar dan zo’n plastic blokje overheenschoof, met een streepje in het midden. Het was magisch om van stad naar stad te schuiven en dan exotische talen en muziek te horen. Naast Hilversum stond er dan Praha, Roma, London, Paris. En BBC, SWF, en allerhande andere afkortingen.

Wanneer je de grote atlas erbij pakte, dan kon je de steden van de radio erbij zoeken en bedenken van hoe ver iemand jou kon bereiken met hun stem en de muziek die ze afspeelden.

Mijn oma had ook een stel platenkoffers, met daarin allerlei muziek van over de hele wereld. Naast de populaire namen en de klassieke muziek die zo’n beetje iedereen wel op vinyl had, zaten er ook folklore platen tussen. En ik legde al snel de verbinding tussen de radio, de platen en de landen waar deze vandaan kwamen. Met de atlas naast de stereo-installatie, en de zender afgestemd op een stad, zocht ik naar de platenhoes die overeenkwam met het land en de zender, en dan was het maar de vraag of ik de muziek herkende, of die hetzelfde was, en of de taal daar bij hoorde.

En zo kon het zomaar zijn dat ik naar een Poolse zender luisterde, de stad erbij had gezocht in de atlas, en dat de plaat dezelfde soort muziek had. En ik luisterde dan naar de taal en ik keek naar de foto’s op de hoes, vaak van dansers en muzikanten in traditionele kleding. Bij een kerk, op een berg, tijdens een dorpsfeest, of ergens op een cultureel podium. Type ansichtkaart.

Folkloristische PR: net zoals Nederland bestond uit een kaasmarkt, windmolens, vissers en boeren op klompen, bestond Oostenrijk louter en alleen uit dirndls, lederhosen, alpenhorns en bergen. En dus hadden al die Poolse vrouwen blauw-rode jurken met schorten aan, met witte blouses en zwarte vestjes, bloemenlinten in hun haar, en dansten ze met mannen in zwarte laarzen, witte broeken, met daarop een soortement van tuniek en een muts op het hoofd. En er waren altijd, zonder uitzondering, muzikanten met accordeon, viool en klarinet.

De wereld werd me aangeboden in de vorm van geluidsgolven.

Het werd me wel snel duidelijk dat die ontdekkingstocht van de wereld iets anders was dan de ontdekking van de muziek zelf. Er zit namelijk een maximum op jodel-muziek, op nog weer een polka, een schlager, of een opera. En dus ging ik op zoek naar zenders waar muziek werd gespeeld die me echt greep. En dat was ook het moment dat de wonderbaarlijk kleine RR200 Radio Recorder zijn intrede deed. Mijn oma begreep dat ik hier wel raad mee zou weten.

Niet langer ging ik van stad naar stad, maar van FM frequentie naar FM frequentie, op zoek naar nieuwe muziek. En al gauw bleef ik steken bij “Ferry Maat’s Soulshow”, bij de Tros op donderdagavond. Met daarna de “LP en CD Show” met Wim van Putten. En van het een kwam het ander; wat volgde waren de mixen van de Bond Van Doorstarters, de minimixen van Ben Liebrand, Avro’s 3xDoordraai met Robin Albers, en alles dat iets te maken had met remixen, extended 12” versies, underground en alternatieve muziek. Het is eigenlijk heel logisch dat ik DJ zou worden.

Maar goed, die RR200 dus. Daar heb ik ver-schrik-ke-lijk veel muziek mee opgenomen. En dat was nog niet eens zo heel erg makkelijk. De bediening ging door 1 knop, waarmee je niet alleen op spelen drukte, maar waarmee je ook terug en vooruit kon spoelen. Ernaast zat een knop voor opnemen. Het was dus zaak om eerst nauwkeurig op een zender af te stemmen, zodat je de beste kwaliteit had. En dan zat je klaar om precies na de intro de opname te starten. Het was een beetje een gok, want je moest dat ieniemienie opnameknopje precies goed ingedrukt houden, voordat je de bedieningsknop naar beneden drukte. Dat ging met iets vertraging, dus de timing om al te gaan drukken, terwijl het laatste restje stem van de presentator er nog was was cruciaal.

Drukte je de opnameknop niet goed in, dan begon je cassette gewoon af te spelen. Erger nog was dat die bedieningsknop heel makkelijk in de spoelstand terecht kwam. Dan zat je klaar en dan wist je wat er ging komen. Een speciale opname van een concert, een unieke versie van een geïmporteerde plaat, of een mix die te gek zou zijn. En dan schoot dat knopje in de spoelstand. Vooruit was ergerlijk, maar lang niet zo erg als terug. Dan moest je eerst opnieuw naar het eind van de vorige opname, en dan miste je het begin.

Het was een vloek en een zegen, die RR200. Maar ik had niet anders. En ik was eigenlijk volledig tevreden met wat ik er mee kon. Toen.

Dat gekke ding blijkt nu een verzamelobject. Kon ik toen natuurlijk ook niet weten, maar het was de eerste in een hele lange rij van radio’s, platenspelers, versterkers, mixers, computers en andere gadgets, die ik heb versleten in mijn hobby die muziek is.

En mijn oma is daar dus eigenlijk schuld aan…

Category
Tags

Comments are closed